Vereisten
Er dient aan een aantal vereisten te worden voldaan:
De bladnatsensor, die de vorm van een blad heeft, moet binnen het gebladerde worden geplaatst. Voor boomkwekerijen moet de sensor in het bovenste derde deel van de boom worden geplaatst. Om nog nauwkeuriger te zijn, kunt u hem aan de tegenoverliggende zijde van de dominante windrichting plaatsen. Hiermee heeft u zicht op het meest vochtige gebied (met het grootste risico op schimmelvorming). De sensor moet liefst 20° schuin hangen, om de stand van een echt blad zo goed mogelijk te benaderen.
De sensoren voor temperatuur en relatieve luchtvochtigheid, de thermometer en de hygrometer in het weerhuisje, worden daar geplaatst waar u deze waarden wilt meten (dichtbij de grond, in het gebladerte, dichtbij de knoppen)
Het elektronische kastje met antenne moet zo hoog mogelijk worden geplaatst. Voor een goede verbinding met het netwerk is het belangrijk om dit kastje buiten het gebladerte en goed hoog te plaatsen.
Door deze specificaties te volgen, verzamelt u gegevens die zo nauwkeurig mogelijk de werkelijke omstandigheden op uw percelen weerspiegelen. Om de gegevensverzameling te optimaliseren, is het bovendien verstandig een plek te kiezen die representatief is voor uw land.
Als er meerdere weerstations op uw bedrijf verspreid zijn, kunt u er ook voor kiezen om een plaats te selecteren waar de meteorologische omstandigheden ‘extreem’ zijn, om interventies elders op uw percelen te kunnen voorzien.
Bereid een PH2-schroevendraaier voor, neem de schroeven uit het zakje en installeer het station in het veld.
Schroef het zonnepaneel en de behuizing op de plaat.
Bevestig de plaat aan de paal met een kabelbinder.
Zorg ervoor dat het zonnepaneel naar het zuiden gericht is en de behuizing naar het noorden.
Plaats de weerhut op de houder met behulp van twee kabelbinders.
Plaats de bladnat-sensor in het loof en kantel de sensor 20°.
Verbind de weerhut en de bladnat-sensor met de X-lock connectoren en zorg ervoor dat de sluitring goed is vastgedraaid.
Druk op de aan/uit-knop om het station in te schakelen.
Een groen lampje gaat branden, wat aangeeft dat het station actief is.
Nog steeds vragen?
Als u nog steeds vragen heeft over uw installatie, staan wij klaar om u te helpen.